Bericht openen

mijzelf bij elkaar tekenen

Gelezen:
De kunst van het ouder worden van Joep Dohmen & Jan Baars (red.)
kranten en tijdschriften


wel ja wat

zei ik vanmorgen
tegen niemand in het bijzonder
toen de bel ging en ook
de telefoon voordat ik
mijzelf fatsoenlijk
bij elkaar getekend had

hoe kan ik de deur openen
zonder handen
hoe kan ik de telefoon opnemen
zonder mond om mee te praten

ja wel hoe

IJda

Ik ben er weer met mijn leven en het onderwerp ouder worden. Ik mag weer bestaan van mij zelf naast alle verschrikkelijke oorlogen en de vele doden die daarbij vallen. Langzaam ben ik uit de shocks gekomen en kijk ik verbaasd naar Nederland en hoe hier voor super rechts gekozen is.
Maar goed, ik ben er weer, ik heb mijzelf weer bij elkaar getekend.

 
XIX Nu rest mij nog het vierde argument dat mensen van onze leeftijd het meest bang en ongerust schijnt te maken: het feit dat de dood naderbij komt. Het is waar, die kan niet ver verwijderd zijn van de levensavond. Maar wat een beklagenswaardige grijsaard , die in zo'n lange tijd van leven nog niet heeft ingezien dat men zich voor de dood geen zorgen moet maken. Cicero, uit Over Ouderdom

Het is een dik en lijvig boek, het boek de kunst van het ouder worden.  Ik lees graag filosofische teksten , maar nu ik met de onderwerpen ouder worden en sterven bezig ben, beginnen er sterretjes voor mijn ogen te draaien en wist ik niet waar te beginnen. Bij de oude Grieken of de modernen of ergens tussenin. Ik moet eerlijk zeggen dat ik het al jaren in de kast heb staan, het oppakte en weer terugzette en vergat wat er in stond. Dit blog is er dus ook voor om niet gelezen boeken te gaan lezen. Maar ik beloof mijzelf niet dat ik dat waar kan maken.

De inhoudsopgave zou mij inspiratie geven, dacht ik, maar ik zag alleen de heren-filosofen en welgeteld drie-dames filosofen. En een gedicht van Sappho waarin ze het oud worden en het verlies van schoonheid betreurt. Voor dit onderwerp kan ik me niet met mannen en hun gedachten daarover verhouden, denk ik.  Ik ging dus naar de sectie hedendaagse auteurs en begon bij het stuk van Sandra Lee Bartky “ Ongeplande overbodigheid: Enkele bespiegelingen over ouder worden. Alleen de titel al deed een donker gordijn over mijn brein vallen en de rest over alles is verlies,  maakte mij diep depressief.  Ze verlangt naar gesprekken met leeftijdgenoten en treurt over het teloorgaan van haar jeugdcultuur.  

Misschien hadden de bejaarden verwacht dat ze als een schatkamer vol wijsheid beschouwd zouden worden, maar dat is niet zo; ze worden vaker gezien als mensen die niet met hun tijd zijn meegegaan, als hopeloos ouderwets. Sandra Lee  Bartky, Ongeplande overbodigheid.

De rest van de onderwerpen? Verlies van sociale en werkgerelateerde netwerken, intellectuele, morele en culturele overbodigheid, verlies van de bewonderende blik, verlies van mogelijkheden om seksuele relaties aan te gaan. 

Ik verzet me tegen haar verlies litanie maar weet dat ze in bepaalde opzichten gelijk heeft. De meeste verliezen die ze noemt kunnen vervangen worden door nieuwe mogelijkheden of het verlies van bewonderde blikken zo'n verlies is? Ik vind dat heerlijk rustig. Eigenlijk vind ik veel in deze levensfase aangenamer, het je minder aantrekken wat anderen van je denken, het niets uitmaken van hoe je er uit ziet, beter je grenzen kunnen stellen. Ik zou haar ongeplande overbodigheid willen vervangen door overbodige overbodigheid en door -je kunt jezelf zo overbodig maken als je wilt-. Heerlijk toch.

Waar de overbodigheid wel een venijnige vorm aanneemt is het feit dat bij het oud worden mensen denken dat je gebrekkig bent, dommer bent geworden, je niet meer goed kan nadenken, je per definitie kwetsbaar zou zijn.  Uit ervaring weet ik dat ik in sommige situaties aangesproken word alsof ik een onmondig kind ben. En als ik tijdens een gesprek als een normaal mens antwoord dan wordt er vaak gezegd "wat heb je nog een levendige geest"! Ja sorry, waarom zou ik geen levendige geest hebben, misschien wel levendiger dan de geest van degenen die zo'n opmerking maken. Maar ik zeg er niets over want ik mag van mijn kleindochter niet met iedereen ruzie maken, en ze heeft gelijk, het maakt het leven makkelijker om niet meer steeds snedig in discussie te gaan en je gelijk te willen bewijzen. Ik had in de vorige alinea gesteld dat ik me minder aantrek van wat anderen van me denken dus waarom daar dan een punt van maken.

Gelukkig sloeg ik ook een stuk van Bertrand Russell (1872-1970) open, het essay 'How to grow old' uit Portraits from Memory and other Essays (1956) en daar vond ik me helemaal in. Het is dus toch mogelijk me met heren filosofen te verhouden op bepaalde punten. Misschien, misschien vallen mannelijke en vrouwelijke ervaringen over ouderdom wel samen na een bepaalde leeftijd, verdwijnen de verschillen.
Het is een kort essay en ik neem er maar één citaat uit maar het is het lezen waard en misschien ga ik maar eens een vertaling van dit boek zoeken.

Ik denk dat een geslaagde ouderdom het makkelijkst is voor mensen die sterke, niet op de persoon gerichte interesses hebben, waar geschikte activiteiten uit voortvloeien. Op dat terrein is lange ervaring werkelijk vruchtbaar, en op dat terrein kan de wijsheid die voortkomt uit ervaring een rol spelen zonder benauwend te worden. Bertrand Russel, Hoe je oud moet worden.

Ik doe mijn best!

Bericht openen

Warshan Shire

Gelezen: Warshan Shire, Teaching my mother how to give birth


In Love and war

To my daughter I will say,
'when the men come, set yourself on fire'.

Warshan Shire

 

Alhoewel ik meestal even snel door Facebook scroll, komt er soms ineens een pareltje langs dat mij laat pauzeren.
Een van die pareltjes is het gedicht what they did yesterday afternoon1 van Warsan Shire.

they set my aunts house on fire
i cried the way women on tv do
folding at the middle
like a five pound note.
i called the boy who used to love me
tried to ‘okay’ my voice
i said hello
he said warsan, what’s wrong, what’s happened?

i’ve been praying,
and these are what my prayers look like;
dear god
i come from two countries
one is thirsty
the other is on fire
both need water.

later that night
i held an atlas in my lap
ran my fingers across the whole world
and whispered
where does it hurt?

it answered
everywhere
everywhere
everywhere.

Dit gedicht treft mij diep in mijn hart en niet alleen vanwege het actuele thema maar ook door hoe Warsan Shire in een paar zinnen het ontheemd zijn verwoordt. Haar taalgebruik is direct, alsof ze je aanspreekt, tegen je praat, waardoor je de neiging kan hebben over de diepere lagen heen te lezen.
Ik had nog nooit van haar gehoord, maar het gedicht maakte mij nieuwsgierig genoeg om te gaan zoeken op internet. Inmiddels heb ik een ebook in mijn bezit, twee papieren bundels en een mapje op mijn bureaublad met gedichten en artikelen die ik verzameld heb waaronder het gedicht Home. Dit gedicht gaat over vluchtelingen, over de ontberingen die zij meemaken en de verschrikkelijke redenen waarom ze vluchten. Alleen al de openingszinnen komen binnen als een mokerslag:

– no one leaves home unless / home is the mouth of a shark –

De link naar het hele gedicht staat onder aan de pagina (2.)
Soms gebruikt ze dezelfde beelden in verschillende gedichten. Beelden uit het gedicht Home zijn al eerder gebruikt in het gedicht Conversations about home (at the deportationcentre) (4.).
Waak ik er zelf voor om beelden te hergebruiken omdat ik dat zwak vind, bij Warsan merk ik dat het herhaaldelijk gebruik van min of meer dezelfde beelden ervoor zorgt dat alles indringender binnenkomt bij mij, de lezer.

Londen en Mogadishu
Warsan Shire is in 1988 geboren in Kenia uit Somalische ouders. Het grootste deel van haar leven heeft ze in Londen gewoond.
In haar gedichten komen haar leven en haar achtergrond duidelijk naar voren. Ze put uit de verhalen van haar familie, van de Somalische gemeenschap. Haar gedichten bewegen zich met groot gemak tussen Mogadishu en Londen. Ze heeft het talent en de dapperheid om over omstreden onderwerpen te schrijven zoals sex, oorlog, trauma en detentiecentra, niet alleen uit het perspectief van vrouwen maar ook uit het perspectief van mannen.
Ook taboe onderwerpen schuwt ze niet. Zoals vrouwenbesnijdenis in het gedicht Sara (3.):

– We typed the word clitoris in to Google / and found a numbered diagram, / then spend hours with a small mirror, / comparing –

en de perspectiefwisseling naar de man:

– Imagine, he says, pointing to my mouth, /pushing an entire finger / into the gap / between your front teeth. –

En het gedicht eindigt met:

– You know she begged me? Even though it / hurt she still begged me, kept whispering: / make me / normal, please / make me normal, open me up. –

Kameelah Janan Rasheed in het interview To be vulnerable and fearless in Well & Often Newsletter in november 2012:
Her poetry carries the energy of multiple women, the depth of many generations, and the weight of many lives lived (5.).
En daar ben ik het helemaal mee eens. Bij de gedichten van Warsan Shire krijgen de termen identiteit en eenzaamheid een wijdere betekenis. Ik voel triestheid om wat ze beschrijft en tegelijkertijd bewondering om haar moed dit alles naar buiten te brengen in gedichten waar je niet aan voorbij kunt.
Ik eindig met de laatste strofe van het gedicht The house uit haar tweede bundel Her Blue Body :

x
At parties I point to my body and say This is where love comes to die. Welcome, come in, make yourself at home. Everybody laughs; they think i’m joking.

en hoop met dit stuk de nieuwsgierigheid van anderen gewekt te hebben om deze dichter te gaan lezen. Verder rest mij nederigheid bij het lezen van deze gedichten en bij het denken aan mensen op drift.

Bronnen:

1. Het gedicht what they did yesterday afternoon kwam van haar tumblr pagina maar is nu verwijderd.
2. Het hele gedicht Home is te lezen op: http://www.cbc.ca/
3. uit: Her Blue Body
4. uit: Teaching my mother how to give birth
5. Het hele interview met Warsan Shire is hier te lezen: http://wellandoftenpress.com/

Bundels:
Debuutbundel: Teaching my mother how to give birth, mouthmarkseries 2011 flipped eye publishing ISBN 978-1-905233-29-8 Her blue body, the flap series 2015, flipped eye publishing, ISBN 978-1-905233-48-9

Scroll naar boven